Soms stroomt er een beetje bloed langs een eerder geplaatste kunstklep in het hart. Dit heet een paravalvulair lek. Met een kleine operatie kunnen we de lekkage dicht maken met een soort parapluutje.
Een eerder geplaatste hartkunstklep van kunstmateriaal of van biologisch materiaal kan gaan lekken. Meestal gaat het om de mitralisklep of de aortaklep. De mitralisklep zit tussen de linkerboezem en linkerkamer van het hart. De aortaklep zit tussen de linkerkamer van het hart en de grote lichaamsslagader (aorta).
Als de ring van de kunstklep niet meer goed meer aansluit aan de wand van het hart, kan die gaan lekken. Dat kan komen door kalk. Of doordat de wand waar de klep zit, is gescheurd of slapper is geworden.
Als de klep lekt kun je last krijgen van moeheid, het gevoel hebben dat je moeilijk kunt ademen, vocht in de benen of van een onregelmatige hartslag.
Hoe we de lekkage behandelen, hangt af waar de lek zit:
U krijgt een afspraakbrief en informatie van ons. Daarin staat hoe u zich op de behandeling voorbereidt. Bijvoorbeeld wat u mag eten en drinken op de ochtend van uw behandeling. En welke medicijnen u wel en niet mag gebruiken.
Contactlenzen, bril, gebitsprothese, sieraden en piercings moeten uit of af voor de behandeling. Heeft u uw nagels gelakt? Of heeft u kunstnagels? Haal dit weg voor u naar het ziekenhuis komt. Tijdens de ingreep krijgt u een soort knijpertje op uw vinger. Daarmee kunnen we steeds het zuurstofgehalte in uw bloed meten. Dat lukt niet goed als er iets op de nagels zit. Laat sieraden thuis.
Ook heeft u voor de operatie een afspraak met de anesthesioloog over de narcose. Hiervoor gaat u naar de Pre Operatieve Polikliniek Anesthesiologie (POPA).
U kunt na de behandeling niet alleen naar huis, vraag daarom iemand die u thuis kan brengen.
Voor het sluiten van de lekkage gaat u eerst naar de verpleegafdeling Cardiologie van het UMCG. We nemen u een dag voor de behandeling op. Voor de behandeling blijft u ongeveer 2 tot 4 dagen in het ziekenhuis.
Voor de behandeling heeft u gesprekken met onder andere de zaalarts en de verpleegkundige. We onderzoeken u ook. We maken een hartfilmpje en nemen bloed af. Soms maken we ook nog een longfoto. Om te voorkomen dat er bloedklontjes komen bij de nieuwe hartklep, krijgt u bloedverdunnende medicijnen. Als u deze al gebruikt krijgt u deze extra medicijnen niet.
Vanaf 6 uur voor de operatie mag u niets meer eten of drinken. U mag wel medicijnen nemen met een klein slokje water.
Eerst krijgt u een infuus in de arm of op de rug van de hand. Via het infuus krijgt u voor de behandeling antibiotica. Daarna brengen we u voor de behandeling naar de katheterisatiekamer, een soort operatiekamer. Voor deze operatie gaat u onder narcose. Daarvoor krijgt u een infuus in een ader. U merkt dus niks van de operatie.
Wanneer u onder narcose bent, plaatsen we een dun, soepel slangetje in de slagader van de lies. Dit is een katheter, waardoor we het plugje plaatsen. Daarbij maken we een echo van de hartklep via de slokdarm. Via die echobeelden kan de cardioloog goed zien waar de katheter naartoe gaat. En waar de kleplekkage zit.
De cardioloog schuift een draad via de katheter naar de hartklep. Daarna plaatsen we over het draad een parapluutje op de plek waar het lek zit. Wanneer er geen lekkage meer te zien is, halen we de katheter uit de lies. De prikplek in de lies hechten we dicht. Ook krijgt u nog een drukverband in de lies.
De behandeling duurt ongeveer 3 uur.
Na de behandeling gaat u eerst naar de uitslaapkamer. Zodra u wakker bent, gaat u weer terug naar de verpleegafdeling. De prikplekken maken we dicht met een eiwitplugje of een hechting met een drukverband. Het eiwitplugje lost binnen 90 dagen vanzelf op. Het drukverband en de hechting halen we op de dag na de behandeling eraf. Na de behandeling blijft u 12 uur rustig op bed liggen.
Voordat u naar huis gaat, maken we nog een hartecho om te zien of het hart en de hartklep goed werken.
Na de behandeling krijgt u een combinatie van bloedverdunnende medicijnen om te voorkomen dat er stolsels ontstaan. Hoe lang u de combinatie van medicijnen moet gebruiken, hangt af van uw situatie. U krijgt voor deze medicijnen een recept. Die kunt u ophalen bij de apotheek.
Na 1 en na 6 maanden heeft u weer een afspraak op de polikliniek Hart en Vaten. We maken dan een hartecho. Zo kunnen we zien of het parapluutje nog op de juiste plek zit. Voor de volgende controle gaat u weer naar uw eigen cardioloog.
Bij elke behandeling kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de behandeling zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Mogelijke complicaties zijn:
Bel uw huisarts bij:
De ziekenhuizen, cardiologen en huisartsen in Groningen en Drenthe werken samen binnen HartNet. Zo krijgt u altijd de juiste zorg op de juiste plek.
De samenwerkende ziekenhuizen binnen HartNet zijn: Martini Ziekenhuis, Ommelander ziekenhuis Groningen, Treant, Wilhelmina Ziekenhuis Assen en Universitair Medisch Centrum Groningen.
Bij elke behandeling kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de behandeling zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Mogelijke complicaties zijn:
Bel uw huisarts bij:
De ziekenhuizen, cardiologen en huisartsen in Groningen en Drenthe werken samen binnen HartNet. Zo krijgt u altijd de juiste zorg op de juiste plek.
De samenwerkende ziekenhuizen binnen HartNet zijn: Martini Ziekenhuis, Ommelander ziekenhuis Groningen, Treant, Wilhelmina Ziekenhuis Assen en Universitair Medisch Centrum Groningen.
Als u weer thuis bent, moet u met een aantal zaken rekening houden:
De dag na de behandeling mag u de pleister weghalen en een nieuwe opplakken. Schoonmaken van de huid mag met water en zeep.
Verder kunt u nog lange tijd moe zijn, dit hoort erbij. Het beste is om hieraan toe te geven.
Bij een medische of tandheelkundige behandeling kunt u een infectie krijgen. Een antibioticakuur kan voorkomen dat de infectie niet naar uw hart en hartkleppen gaat.
Daarom moet u voortaan vóór en na een tandheelkundige behandeling waar bloed bij vrij komt een korte antibioticakuur volgen. Dat hoeft dus niet bij een gaatje boren en vullen. Dit moet ook bij een medische behandeling waarbij bloed vrij komt. Het recept voor deze kuur krijgt u via uw tandarts of uw behandelend arts.
Het is mogelijk dat de tandarts u zegt om tijdelijk met de bloedverdunners te stoppen voor de tandheelkundige behandeling. Meestal is dit geen probleem, maar overleg dit altijd eerst met uw cardioloog.
U kunt het Hartcentrum bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur.