Immunotherapie bij kanker

Bij immunotherapie krijgt u medicijnen om de werking van uw afweersysteem te versterken. Dit zorgt ervoor dat uw afweersysteem de kankercellen gaat herkennen, opruimen en vernietigen.

Immunotherapie of immuuntherapie is een redelijk nieuwe behandelmethode bij kanker. We geven immunotherapie bij een paar soorten kanker, onder andere:

De behandeling is nog volop in ontwikkeling. We verwachten dat we immunotherapie in de toekomst voor meer kankersoorten kunnen inzetten.

Hoe kankercellen op immunotherapie reageren en welke medicijnen het beste werken, verschilt per patiënt en per kankersoort. Er zijn 2 soorten immunotherapie:

  • Behandelingen die ervoor zorgen dat het afweersysteem kankercellen beter herkent en ze zo kan vernietigen.
  • Behandelingen die het afweersysteem activeren door de reactie van afweercellen tegen de tumor versterken (T-cel-respons). Afweercellen kunnen de kankercellen daardoor opruimen.

Voor de behandeling bespreken we welke soort u krijgt, hoe u deze krijgt en welk resultaat we daarmee willen bereiken.

De behandeling stap voor stap

  1. Voordat de immunotherapie begint, nemen we bloed af voor onderzoek. Daaraan kunnen we zien of uw nieren en lever goed genoeg werken en of de aanmaak van bloedcellen goed genoeg is voor de behandeling. We controleren uw bloedwaarden voor elke kuur opnieuw.

  2. U gaat voor deze behandeling naar de Medische Oncologie, polikliniek Oncologie 1.

  3. U krijgt de medicijnen volgens een vast schema in een bepaalde periode. Bijvoorbeeld om de 3 weken. Dit noemen we een kuur. Een behandeling bestaat vaak uit meerdere kuren. Een kuur krijgt u meestal via een infuus. U komt voor de kuur naar het dagcentrum. Dit duurt ongeveer een halve dag.​ Opname in het ziekenhuis is meestal niet nodig.

  4. Bij sommige immunokuren bekijken we tussendoor wat het effect is van de behandeling. U krijgt dan bijvoorbeeld na een paar maanden een CT-scan of MRI-scan. Of een onderzoek naar tumormarkers. Of u komt voor controle. We bespreken van tevoren met u of, wanneer en hoe dit bij u gebeurt.

  5. Na de laatste immunokuur heeft u nog een paar afspraken voor controle. Deze doen we om het effect van de immunotherapie te beoordelen, eventuele bijwerkingen te behandelen en in de gaten te houden of u goed herstelt. Hoe vaak, hoelang en bij wie u onder controle blijft, hangt af van uw situatie.

  • Bijwerkingen komen door het afweersysteem, dat reageert op de therapie. De bijwerkingen verschillen per persoon en het soort behandeling. Het kan ook gebeuren dat u pas na de behandeling last krijgt van bijwerkingen.

    Mogelijke bijwerkingen zijn bijvoorbeeld ontstekingen. Het lichaam breekt door de therapie gezonde cellen af, bijvoorbeeld in de darmen, longen of lever. Dit heet een auto-immuunreactie. Het is belangrijk dat we u hiervoor zo snel mogelijk behandelen.

    Andere mogelijke bijwerkingen zijn:

    • ontstekingen van gewrichten of organen
    • moeheid en minder energie
    • minder zin in eten
    • invloed op seksualiteit, vruchtbaarheid en zwangerschap

    Het UMCG heeft een werkgroep bijwerkingen immunotherapie, die bestaat uit specialisten die expert zijn in het herkennen en behandelen van de bijwerkingen van immunotherapie.

  • Hoe uw lichaam reageert op immunotherapie kunnen we niet te voorspellen. U kunt wel dingen doen om de kans dat u de behandeling goed doorstaat en ervan herstelt te vergroten.

    Goede voeding

    Goede voeding en een stabiel lichaamsgewicht zijn belangrijk. Goede voeding:

    • is gevarieerd
    • heeft voldoende energie
    • heeft voldoende eiwitten
    • heeft voldoende vocht
    • heeft vitamines en mineralen

    Vragen over voeding kunt u bespreken met uw behandelaar. Vertel ook of u voedingssupplementen gebruikt. Sommige hebben namelijk invloed op de behandeling. Heeft u voedings- of gewichtsproblemen, of een grote kans daarop? Uw behandelaar kan u naar een diëtist verwijzen.

    Bewegen

    U krijgt of houdt een goede conditie door regelmatig te bewegen voor, tijdens en na uw behandeling. Dit helpt ook bij uw herstel na de behandeling. Overleg met uw behandelaar welke activiteiten voor u geschikt zijn. Een fysiotherapeut kan u daar misschien bij helpen.

    Werken

    Werken tijdens en na de behandeling kan goed zijn voor uw welzijn en herstel. Het kan afleiding en houvast bieden. Ook kan het contact met collega’s fijn zijn. Of u kunt werken en hoeveel hangt wel af van bijwerkingen en uw soort werk. Het is goed om uw situatie te bespreken met uw behandelaar.

  • Iemand die ziek is, is extra vatbaar voor infecties. Het is daarom belangrijk dat patiënten goed beschermd worden tegen ziektekiemen. In het UMCG zetten we elke dag alles op alles om infecties te voorkomen. 

Bijwerkingen

Bijwerkingen komen door het afweersysteem, dat reageert op de therapie. De bijwerkingen verschillen per persoon en het soort behandeling. Het kan ook gebeuren dat u pas na de behandeling last krijgt van bijwerkingen.

Mogelijke bijwerkingen zijn bijvoorbeeld ontstekingen. Het lichaam breekt door de therapie gezonde cellen af, bijvoorbeeld in de darmen, longen of lever. Dit heet een auto-immuunreactie. Het is belangrijk dat we u hiervoor zo snel mogelijk behandelen.

Andere mogelijke bijwerkingen zijn:

  • ontstekingen van gewrichten of organen
  • moeheid en minder energie
  • minder zin in eten
  • invloed op seksualiteit, vruchtbaarheid en zwangerschap

Het UMCG heeft een werkgroep bijwerkingen immunotherapie, die bestaat uit specialisten die expert zijn in het herkennen en behandelen van de bijwerkingen van immunotherapie.

Bijwerkingen verminderen

Hoe uw lichaam reageert op immunotherapie kunnen we niet te voorspellen. U kunt wel dingen doen om de kans dat u de behandeling goed doorstaat en ervan herstelt te vergroten.

Goede voeding

Goede voeding en een stabiel lichaamsgewicht zijn belangrijk. Goede voeding:

  • is gevarieerd
  • heeft voldoende energie
  • heeft voldoende eiwitten
  • heeft voldoende vocht
  • heeft vitamines en mineralen

Vragen over voeding kunt u bespreken met uw behandelaar. Vertel ook of u voedingssupplementen gebruikt. Sommige hebben namelijk invloed op de behandeling. Heeft u voedings- of gewichtsproblemen, of een grote kans daarop? Uw behandelaar kan u naar een diëtist verwijzen.

Bewegen

U krijgt of houdt een goede conditie door regelmatig te bewegen voor, tijdens en na uw behandeling. Dit helpt ook bij uw herstel na de behandeling. Overleg met uw behandelaar welke activiteiten voor u geschikt zijn. Een fysiotherapeut kan u daar misschien bij helpen.

Werken

Werken tijdens en na de behandeling kan goed zijn voor uw welzijn en herstel. Het kan afleiding en houvast bieden. Ook kan het contact met collega’s fijn zijn. Of u kunt werken en hoeveel hangt wel af van bijwerkingen en uw soort werk. Het is goed om uw situatie te bespreken met uw behandelaar.

Infecties voorkomen

Iemand die ziek is, is extra vatbaar voor infecties. Het is daarom belangrijk dat patiënten goed beschermd worden tegen ziektekiemen. In het UMCG zetten we elke dag alles op alles om infecties te voorkomen. 

Heeft u nog vragen?

U kunt Medische oncologie bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur.