Eiceldonatie: informatie voor de donor

Bij een eiceldonatie geef je jouw eicellen aan een vrouw die zelf geen goede eicellen (meer) heeft. Zo help je iemand om zwanger te worden.

Je kunt je eicellen doneren aan een vrouw die met haar eigen eicellen geen kinderen kan krijgen. Daar zijn wel een aantal voorwaarden voor. Leeftijd is bijvoorbeeld belangrijk als je eiceldonor wilt zijn. Je bent jonger dan 40 jaar, want na je 36ste neemt je vruchtbaarheid af. De kans op een zwangerschap met jouw eicellen is dan ook minder groot.

Verder moet je bij voorkeur zeker weten dat je zelf geen kinderen meer wilt. Het kan problemen geven voor jouw eigen vruchtbaarheid. Er zijn ook nog een paar andere voorwaarden:

  • je bent gezond
  • je hebt geen erfelijke ziektes
  • je hebt geen besmettelijke ziektes
  • Een infectie kan met de eicel overgedragen worden op de ontvanger. En zorgen dat de ontvanger ernstig ziek wordt. We onderzoeken daarom je bloed en je baarmoederhals. We testen het bloed op HIV, hepatitis-B en hepatitis-C. En soms ook op het leukemievirus HTLV1 en 2.

Voor de eiceldonatie

De wensouders hebben een gesprek met de gynaecoloog over de behandeling. Ook jij en jouw eventuele partner hebben apart een eerste gesprek met de gynaecoloog over de behandeling. Jullie krijgen uitleg over het traject. En bij jou doen we ook een inwendige echo om te kijken naar de eierstokken. Besluiten jullie samen om door te gaan met de eiceldonatie dan hebben jullie nog een afspraak met een medisch maatschappelijk werker. Ook weer apart van elkaar. De gynaecoloog en medische maatschappelijk bespreken samen met het fertiliteitsteam team of de IVF-behandeling met eiceldonatie door kan gaan.

Verklaring

Jouw eicellen worden alleen gebruikt bij de vrouw die je heeft gevraagd om je eicellen te doneren. Je vult daarvoor een verklaring in. Hierin staat aan wie je jouw eicellen geeft. Dat doe je voor de behandeling begint. Ontstaat er een zwangerschap dan worden jouw gegevens opgeslagen bij de Stichting donorgegevens kunstmatige bevruchting.

Hoe werkt eiceldonatie?

Voor het geven en het ontvangen van eicellen krijgen jij (de donor,) en de wensmoeder, een behandeling met In Vitro Fertilisatie (IVF). Die behandeling start met een hormoonbehandeling, omdat jullie cyclus gelijk moet lopen.

Je krijgt als donor het eerste deel van een IVF-behandeling. Van hyperstimulatie van de eierstokken tot en met de eiblaaspunctie. De hyperstimulatie bestaat uit injecties om meerdere eiblaasjes te maken. Zodat we in 1 keer voldoende eicellen kunnen krijgen. Dit controleren we om de paar dagen met een echo. Tot de eiblaasjes groot genoeg zijn voor de eiblaaspunctie. Na de eiblaaspunctie is de behandeling voor jou als donor klaar. De eicellen gebruiken we in het laboratorium voor bevruchting met het zaad van de wensouders.

Je gaat voor de hormoonbehandeling en de punctie naar het Centrum voor Voorplantingsgeneeskunde.

Aantal behandelingen

Het is lastig om van te voren met de wensmoeder afspraken te maken over het aantal IVF-behandelingen. Dit hangt vaak ook af van hoe je zelf de behandeling ervaart. Je bespreekt met de wensouders of je wilt doorgaan als na een behandeling met eiceldonatie geen zwangerschap ontstaat. Zeg eerlijk als je liever stopt. De maatschappelijk werker die je voordat je gaat donoren spreekt, praat hier ook over met jou en de wensouders.

Zeggenschap over de eicellen

Als er na de punctie en de bevruchting in het laboratorium meerdere goede embryo’s zijn ontstaan, kunnen we ze invriezen en bewaren. We kunnen deze embryo’s dan later bij de wensmoeder inbrengen. De embryo’s zijn van de wensouders. Zij bepalen wat ermee gebeurt. Maar hebben de wensouders al een kindje van jouw embryo's. En willen ze de ingevroren bewaarde embryo's gebruiken voor een volgend kind, dan moeten ze jou opnieuw toestemming vragen. Wij vragen je dan een nieuwe verklaring in te vullen. Zo weten wij dat je de nieuwe kinderwens van de wensouders steunt. Als eiceldonor heb je geen rechten en plichten tegenover het donorkind. De wensmoeder is volgens de wet de juridische moeder.

Als de wensouders de ingevroren embryo’s in de toekomst niet meer willen gebruiken voor een (volgend) kind, dan kunnen zij de embryo’s laten vernietigen of afstaan aan de wetenschap. Je hebt het recht daarover mee te beslissen. Je geeft in jouw verklaring schriftelijk aan of je daarover wilt meebeslissen.

Wil jij niet dat de ingevroren en bewaarde embryo’s nog gebruikt worden voor een zwangerschap, dan kun je ons vragen ze te vernietigen. Ook maken we afspraken over de ingevroren embryo’s als je zou overlijden. In de verklaring geef je dan schriftelijk aan wat er moet gebeuren als je overlijdt. Er zijn 2 opties:

  • de embryo's vernietigen, dit gebeurt dan meteen na je overlijden
  • de embryo's bewaren. De wensmoeder beslist wat er met de embryo's gebeurt. Maar ze mag de embryo's alleen gebruiken voor haarzelf. In ons Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde werken we niet mee aan het gebruik van embryo’s als de donor is overleden (postume voortplanting). Dan moeten de wensouders de ingevroren embryo’s naar een ander ziekenhuis brengen om daar te gebruiken.

Na de behandeling

Na ongeveer 10 dagen ben je weer ongesteld. Bel ons als je binnen 6 weken na een punctie (buik)klachten krijgt. Dan kijken we of jouw klachten met de IVF-behandeling te maken hebben.

Bijwerkingen en risico's voor de eiceldonor

De kans op problemen tijdens deze behandeling is klein. Toch kunnen er problemen ontstaan. De belangrijkste risico’s zijn:

  • een bloeding
  • een infectie
  • minder vruchtbaar worden
  • ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), de kans hierop is kleiner dan 1%. Door de hormonale behandeling rijpen er meerdere eicellen tegelijk waardoor de eierstokken abnormaal vergroten.

Tijdens een IVF-behandeling ben je vruchtbaar. Want er kan een eicel vrijkomen voor of tijdens de punctie. Het is dan beter dat je vanaf de start van de behandeling tot 4 dagen na de punctie niet zonder voorbehoedmiddelen seks hebt.

De kans op zwangerschap

Per plaatsing van embryo’s in de baarmoeder van de wensmoeder is er een kans op een zwangerschap. Niet iedereen wordt zwanger. Ook niet bij het vaker plaatsen van embryo's. Per embryoplaatsing wordt ongeveer 1 op de 5 (20%) van de vrouwen zwanger en krijgt een levend geboren kind.

Kosten

De zorgverzekeraar vergoedt meestal 3 IVF-behandelingen bij de wensouders. De kosten zijn voor rekening van de wensouders, niet voor de donor. Eiceldonatie mag niet met een winstoogmerk worden uitgevoerd. Ook de handel in eicellen is verboden. Een onkostenvergoeding voor de eiceldonor is wel mogelijk.

Wet Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting

Volgens de wet Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting moeten behandelaars een aantal gegevens van donoren vastleggen. Deze gegevens worden landelijk geregistreerd bij Stichting donorgegevens kunstmatige bevruchting (Sdkb). De wet maakt het mogelijk dat een donorkind kan achterhalen van wie hij of zij afstamt. Het is hierdoor voor donoren sinds 2004 niet meer mogelijk om anoniem te doneren. Meer informatie staat op de website van het landelijk informatiepunt donorconceptie.

Relatie eiceldonor - donorkind

De vrouw die het kind baart is volgens de wet de (juridische) moeder. De moeder heeft het recht tot uitoefenen van gezag, omgang en erven en de plicht om het kind te onderhouden. Tussen de eiceldonor en het donorkind bestaat geen juridische relatie. De eiceldonor heeft dan ook geen rechten of plichten tegenover het kind.

Afkomst van de kinderen

Kinderen hebben recht om te weten van wie ze afkomstig zijn. Ouders zijn niet verplicht dit te vertellen aan hun kind. Als de ouders willen vertellen dat jij de donor bent, dan is het wel belangrijk dat je weet wanneer en hoe ze dat doen. Zodat jij je daar op kunt voorbereiden. Een goed contact met de wensouders is daarom ook belangrijk.

Zorg voor balans in je dagelijks leven

De keuzes die je maakt in je dagelijks leven hebben invloed op je gezondheid en je gevoel van welbevinden. Als je gezond bent maar ook als je ziek bent of aan het herstellen bent. Bekijk wat je zelf kunt doen op het gebied van leefstijl. Of ga eens langs bij onze leefstijladviseurs. Zij denken graag met je mee.

Hebt je nog vragen?

Je kunt het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur.

Heeft deze informatie je geholpen?