Veel mensen gebruiken jarenlang preventieve cardiovasculaire medicatie, zoals cholesterolverlagers, bloeddrukverlagers en antistollingsmedicatie. Met het ouder worden neemt de kans op bijwerkingen toe, met name bij kwetsbare en de oudste ouderen. Denk aan vallen en bloedingen. Geleidelijk aan besteden richtlijnen meer aandacht aan het stoppen. Op dit moment is er echter nog weinig bekend over het gebruik van preventieve cardiovasculaire medicatie bij kwetsbare ouderen, en in het bijzonder over het stoppen daarvan.

Beter beeld van de praktijk

Esther de Haas, als onderzoeker verbonden aan de themagroep Medicatieveiligheid: “We willen een beter beeld krijgen van het gebruik van deze medicatie bij ouderen en in het bijzonder bij kwetsbare ouderen. Wordt er gestopt? Zo ja, wanneer en onder welke omstandigheden? Wat zijn de ervaringen en voorkeuren van ouderen?” Er komen drie onderzoeken naar het gebruik van preventieve cardiovasculaire medicatie. Twee in de eerstelijns ouderenzorg, in samenwerking met de sectie Huisartsgeneeskunde van het UMCG en één in het verpleeghuis:

Het gebruik van preventieve cardiovasculaire medicatie bij thuiswonende ouderen

Huisarts Folkert van Bruggen brengt als onderdeel van zijn promotieonderzoek het gebruik van preventieve cardiovasculaire medicatie bij kwetsbare en niet-kwetsbare thuiswonende ouderen in kaart. Hij onderzoekt de mogelijke voor- en nadelen van het medicatiegebruik aan de hand van zorggegevens van huisartspraktijken die aangesloten zijn bij de AHON-database (Academisch Huisarts Ontwikkel Netwerk). Dit onderzoeksproject wordt financieel gesteund door Stichting Stoffels-Hornstra (ruim €38.000).

Het stoppen van preventieve cardiovasculaire medicatie en patiëntvoorkeuren

In september 2020 start een gerelateerd onderzoeksproject naar de huidige praktijk van het stoppen van deze medicatie en de wensen en voorkeuren van ouderen. Het onderzoeksproject wordt uitgevoerd door een arts die de opleiding tot huisarts combineert met promotieonderzoek. Het ZonMw-programma  Huisartsgeneeskunde en Ouderengeneeskundeproject stelt €250.000 beschikbaar. Dit project wordt uitgevoerd over een periode van 6 jaar en bestaat uit een aantal deelonderzoeken:

  • Analyse AHON-database: hoe vaak wordt de medicatie gestopt en in welke context?
  • Interviews met ouderen over hun ervaringen en voorkeuren
  • Grootschalig vragenlijstonderzoek onder thuiswonende ouderen om ervaringen en  voorkeuren in kaart te brengen.

Stoppen van preventieve cardiovasculaire medicatie: wat is de praktijk in het verpleeghuis?

Historisch dossieronderzoek naar het gebruik van preventieve cardiovasculaire medicatie in het verpleeghuis. Hoeveel bewoners gebruiken deze middelen aan het begin van hun verblijf in het verpleeghuis en wat gebeurt daarmee tijdens hun verblijf? Dit onderzoek start waarschijnlijk medio 2020 bij Treant Zorggroep en Interzorg.

Ondersteuning bij besluitvorming

Uiteindelijk is het de bedoeling dat de uitkomsten van de onderzoeken helpen bij het besluit om door te gaan of te stoppen met preventieve cardiovasculaire medicatie. De Haas: “Je zou bijvoorbeeld kunnen denken aan een praktische keuzehulp voor arts en patiënt.”

Heeft deze informatie je geholpen?