We doen een traanwegoperatie als uw traanafvoerkanaal of traankanaaltje verstopt is. Door de verstopping kunnen uw tranen niet goed weg. Hierdoor heeft u de hele tijd last van tranende ogen. Tijdens de operatie maken we een nieuwe verbinding. Dit is een snelle route voor de afvoer van uw tranen.
Tranen beschermen uw ogen. Ze zorgen ervoor dat uw ogen niet uitdrogen. Of niet beschadigd raken als u iets in uw oog krijgt. Als uw ogen blijven tranen is dat erg vervelend. U ziet bijvoorbeeld wazig of hebt de hele tijd het gevoel alsof er iets in uw ogen zit. Een traanwegoperatie is een mogelijkheid om tranende ogen te verhelpen.
We doen een traanwegoperatie als uw tranende ogen komt door een verstopping in de traanbuis of het traankanaaltje. De traanbuis of het traankanaaltje kan verstopt raken door een ontsteking of ongeval. Soms is de oorzaak niet duidelijk.
Er zijn 2 verschillende operaties mogelijk:
Met een DCR-operatie verbinden we de traanzak direct met de neus. De tranen lopen dan niet meer via de traanzak weg. Er zijn 2 manieren om de operatie te doen:
Als u geen traankanaaltje heeft, of als de traankanaaltjes zijn beschadigd plaatsen we een glazen buisje in de ooghoek. Dit is het buisje van Jones. Het glazen buisje loopt door tot de neus. De tranen gaan daardoor direct naar de neus.
Uw oogarts kan u verwijzen naar Oogheelkunde. U krijgt dan een uitnodiging van ons. Tijdens het eerste gesprek bespreken we uw klachten. En bespreken we de mogelijke behandeling.
U krijgt een afspraakbrief met daarin de datum van uw operatie. Ook krijgt u een afspraakbrief voor een gesprek met een verpleegkundige. In de brief staat of we u bellen of dat u hiervoor naar de polikliniek komt. De verpleegkundige vraagt naar uw gezondheid en geeft uitleg over de operatie. Heeft u nog vragen, dan kunt u die op dat moment stellen.
1 a 2 dagen voor uw operatie bellen we u. U hoort dan hoe laat uw operatie is.
Voor deze operatie krijgt u een plaatselijke verdoving in het oog. Soms gaat u voor de operatie onder narcose. Dit hebben wij vooraf met u besproken. Als u onder narcose gaat, heeft u voor de operatie een afspraak met de anesthesioloog over de verdoving. Hiervoor gaat u naar de Pre-Operatieve Polikliniek Anesthesiologie (POPA).
Als u bloedverdunners gebruikt dan moet u daar voor de operatie mee stoppen. U arts vertelt u wanneer u moet stoppen. En wanneer u weer met de bloedverdunners kunt starten.
U mag geen make-up, gezichtscrème, nagellak en sieraden dragen op de dag van de operatie. Als u een gehoorapparaat heeft kunt u die het beste vlak voor de operatie uit uw oor halen.
U kunt niet zelf autorijden na de operatie. Vraag van tevoren iemand die u na de operatie naar huis kan brengen.
U gaat voor de operatie naar het Operatief Dagbehandelingscentrum ODBC of Triade. In de brief staat waar u moet zijn.
We leggen eerst uit wat we gaan doen. Daarna gaat u onder narcose.
Het verloop van de operatie hangt af van de manier waarop we u opereren:
De arts plaats een kijkbuisje in uw neus. Dit is een endoscoop. Een endoscoop is een dunne, soepele slang van ongeveer 4 millimeter dik. Aan de slang zit een lampje en een cameraatje. Het cameraatje maakt beelden, die we kunnen zien op een beeldscherm.
We maken een snee in het neusslijmvlies. En halen een laagje neusbot weg. Zo kunnen we bij de traanzak. De traanzak openen we. Daarna plaatsen we een siliconen slangetje. Het slangetje zorgt ervoor dat de nieuwe verbinding niet dichtgroeit tijdens het genezen van de wond.
Via een sneetje in de huid maken we een opening in het neusbot. Daarna verbinden we de traanzak met uw neus. Daarna plaatsen we een siliconen slangetje. Het slangetje zorgt ervoor dat de nieuwe verbinding niet dichtgroeit tijdens het genezen van de wond.
Via een sneetje in de huid maken we een opening in het neusbot. Daarna plaatsen we een glazen buisje in uw ooghoek. Het glazen buisje verbindt uw ooghoek met uw neus.
Na de operatie gaat naar de uitslaapkamer. Als u goed wakker bent gaat u naar de nazorgruimte. Als het goed met u gaat, kunt u weer naar huis. Meestal is dat dezelfde dag. Soms is het nodig dat u nog een nacht in het ziekenhuis blijft. Dit hebben wij vooraf met u besproken.
U krijgt oogdruppels en neusspray mee naar huis. Ook geven wij u uitleg over de leefregels na de operatie.
Als u onder narcose bent geweest mag u tot de dag na de operatie niet alleen thuis zijn. Zorg ervoor dat er iemand bij u is.
De dag na de operatie gaat u voor controle naar de polikliniek Oogheelkunde. Ook heeft u controles na ongeveer 2 en 6-8 weken. Soms zijn er meer controles nodig. Is er een slangetje geplaatst, dan verwijderen we die 2 tot 4 maanden na de operatie.
U krijgt oogdruppels en een druppelschema mee naar huis. Om goed en snel te genezen is het belangrijk dat u dit schema volgt. Houd er rekening mee dat u voor een langere periode, meerdere keren per dag moet druppelen. Lukt het niet om zelf te druppelen? Vraag dan van tevoren iemand om u hierbij te helpen. Bijvoorbeeld een familielid of de thuiszorg. U begint de dag na de operatie met het druppelschema.
Klachten die vaak voorkomen zijn:
Bel ons na de operatie als:
Bellen kan van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en 16.30 uur met (050) 361 25 18. Bel buiten deze dagen en tijden naar het centrale nummer van het UMCG (050) 361 61 61. Vraag naar de oogarts die dienst heeft.
U kunt ook bellen naar het verpleegkundig spreekuur, van 9.00 tot 10.00 uur en van 13.30 tot 14.30 uur op het telefoonnummer (050) 361 25 03.
Klachten die vaak voorkomen zijn:
Bel ons na de operatie als:
Bellen kan van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en 16.30 uur met (050) 361 25 18. Bel buiten deze dagen en tijden naar het centrale nummer van het UMCG (050) 361 61 61. Vraag naar de oogarts die dienst heeft.
U kunt ook bellen naar het verpleegkundig spreekuur, van 9.00 tot 10.00 uur en van 13.30 tot 14.30 uur op het telefoonnummer (050) 361 25 03.
Na deze operatie moet u met een paar dingen rekening houden:
Houd daarnaast de eerste week na de operatie rekening met:
U kunt polikliniek Oogheelkunde bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur.