Hoornvliestransplantatie

Als het hoornvlies troebel is, ziet u slechter. Met een hoornvliestransplantatie zorgen we ervoor dat u weer scherp gaat zien. We vervangen (een deel van) uw eigen hoornvlies door het hoornvlies van een donor.

Wat is het hoornvlies?

Het hoornvlies (cornea) is de doorzichtige voorkant van het oog. De vorm van het hoornvlies is bol zoals een lens. Dit zorgt voor de breking van invallend licht. In het oog buigen de lichtstralen naar elkaar toe. Zo ontstaat een scherp beeld op het netvlies achter in het oog.

Als het hoornvlies niet meer helder is, ziet u slechter. Dit kan komen door een ongeluk waarbij iets in het oog komt. Bijvoorbeeld tijdens het klussen, door vuurwerk of door chemische stoffen. Het hoornvlies kan ook wazig worden door een ziekte of een erfelijke aandoening, zoals Fuchse hoornvliesdystrofie. Bij deze aandoening werkt de binnenste laag van het hoornvlies steeds minder goed. Hierdoor ziet u slechter.

Wanneer een hoornvliestransplantatie?

Als uw hoornvlies minder helder blijft dan kunt u alleen weer beter kijken als we een hoornvliestransplantatie doen. Andere redenen voor een hoornvliestransplantatie zijn:

  • een afwijking in de vorm van het hoornvlies
  • een infectie aan het hoornvlies door bijvoorbeeld het herpes virus of door het dragen van contactlenzen
  • als u eerder een transplantatie heeft gehad en deze transplantaat troebel is geworden

Mogelijke operaties

Bij een hoornvliestransplantatie vervangen we (een deel) van het hoornvlies door donorweefsel. Er zijn 3 mogelijkheden:

  • alleen de binnenlaag vervangen
  • alleen de voorkant van het hoornvlies vervangen
  • we vervangen het hele hoornvlies

De oogarts bespreekt met u welke operatie voor u geschikt is.

Een hoorvliestransplantatie stap voor stap

  1. U krijgt een afspraakbrief met daarin de datum van uw operatie en een datum voor een telefonische afspraak 1 a 2 werkdagen vóór de operatie. Tijdens deze telefonische afspraak krijgt u te horen hoe laat de operatie is. U heeft dan ook een gesprek met een verpleegkundige. In de afspraakbrief staat of we u bellen of dat u naar de polikliniek komt. In dit gesprek krijgt u vragen over uw gezondheid en uitleg over de operatie. Heeft u nog vragen, dan kunt u die dan stellen.

    U mag geen make-up, gezichtscrème, nagellak en sieraden dragen op de dag van de operatie. Als u een gehoorapparaat heeft kunt u die het beste vlak voor de operatie uit uw oor halen.

    U kunt niet zelf autorijden na de operatie. Vraag van tevoren iemand die u na de operatie naar huis kan brengen.

  2. U gaat voor de operatie naar het Operatief Dagbehandelingscentrum ODBC of Triade. In de brief staat waar u moet zijn.

  3. We leggen eerst uit wat we gaan doen. Daarna verdoven we het oog met druppels en een prik. Soms moet u onder narcose. We bespreken vooraf met u welke verdoving u krijgt. Vervolgens dekken we de huid rondom het oog af. U krijgt een spreider tussen de oogleden. Zo kunt u niet met de ogen knipperen tijdens de operatie.

    Het verloop van de transplantatie hangt af van het soort operatie dat u krijgt:

    DSAEK en DMEK

    Vaak doen we tijdens de transplantatie ook een staaroperatie, tenzij u eerder al een staaroperatie heeft gehad. Dit doen we om te zorgen dat u na een transplantatie niet nog een keer aan uw oog (staar) moet worden geopereerd. Soms doen we de staaroperatie een paar weken voor de hoornvliestransplantatie. Dit is vooraf met u besproken.

    Ook krijgt u een paar weken voor een DMEK transplantatie een laserbehandeling. We maken dan een kleine opening in de iris. Dit doen we om een hoge oogdruk direct na de operatie te voorkomen. De laserbehandeling is niet pijnlijk.

    Via een klein sneetje aan de zijkant van het hoornvlies halen we de zieke binnenlaag van uw eigen hoornvlies weg. Via datzelfde sneetje brengen we de gezonde binnenlaag van een donorhoornvlies in. Het wondje sluiten we met hechtingen. Die halen we na een maand tijdens de controle-afspraak weer weg. Het donor hoornvlies zelf hoeft niet gehecht te worden. Om de donorlaag tegen de binnenkant van uw eigen hoornvlies aan te drukken, blijft een luchtbel achter. Daarom moet u na de operatie 2 uur plat op de rug blijven liggen.

    De operatie duurt ongeveer 60 tot 90 minuten.

    DALK

    Als we alleen de voorkant van het hoornvlies vervangen (DALK), scheiden we de voorkant van het hoornvlies van de binnenlaag. Dit gebeurt via een klein sneetje aan de bovenrand van het hoornvlies of met een luchtbel. Die luchtbel spuiten we op precies de goede diepte in het hoornvlies. Daarna vervangen we een rond schijfje van uw hoornvlies door eenzelfde schijfje hoornvliesweefsel van een donor. Dit schijfje heeft meestal een doorsnee van ongeveer 8 millimeter en een dikte van een halve millimeter. Dit schijfje zetten we rondom vast met hechtingen. De hechtingen blijven minimaal 1 tot 2 jaar zitten. Soms halen we eerder een paar hechtingen weg. Zo kunnen we de vorm van het hoornvlies veranderen. Een paar hechtingen erbij kan ook, als dat nodig is.

    Deze operatie duurt in totaal ongeveer 90 minuten.

    PKP

    Als we het hele hoornvlies vervangen, vervangen we een rond schijfje van uw eigen hoornvlies door een precies zo'n schijfje hoornvliesweefsel van een donor. Dit schijfje heeft meestal een doorsnee van 8 millimeter en een dikte van een halve millimeter. Dit schijfje zetten we rondom vast met hechtingen. De hechtingen blijven minimaal 1 tot 2 jaar zitten. Soms halen we eerder een paar hechtingen weg. Zo verbeteren we de vorm van het hoornvlies. Een paar hechtingen erbij kan ook, als dat nodig is.

    Deze operatie duurt in totaal ongeveer 60 tot 90 minuten.

  4. Na de operatie kunt u in de nazorgruimte nog even bijkomen. Als u onder narcose geopereerd bent gaat u na de operatie eerst naar de uitslaapkamer. Als u goed wakker bent gaat u naar de nazorgruimte. Als het goed met u gaat, kunt u weer naar huis.

    Na de operatie met de DSAEK en DMEK methode moet u de eerste 2 uur plat op de rug blijven liggen. Heeft u de DMEK operatie gehad, dan is het verstandig om de dag van de operatie en de dag erna nog zoveel mogelijk op de rug te liggen en naar het plafond te kijken. U hoeft niet liggend naar huis. Doe wel uw stoel iets achterover en kijk naar het dak van de auto.

    Op het geopereerde oog heeft u een gaasje en een harde dop. Dit laat u zitten tot de volgende ochtend, dan haalt u het er af. Het gaasje gooit u weg, de harde dop bewaart u. De harde dop doet u ’s nachts weer op. Zo beschermt u uw oog.

  5. De volgende dag gaat u voor controle naar de polikliniek Oogheelkunde. Ook heeft u controles na ongeveer 1 week en 1 maand. 3 maanden na de operatie is de laatste controle. Hierna gaat u weer naar uw eigen oogarts voor controles.

Druppelschema

U krijgt oogdruppels en een druppelschema mee naar huis. Om goed en snel te genezen is het belangrijk dat u dit schema volgt. Houd er rekening mee dat u voor een langere periode, meerdere keren per dag moet druppelen. Lukt het niet om zelf te druppelen? Vraag dan van tevoren iemand om u hierbij te helpen. Bijvoorbeeld een familielid of de thuiszorg. U begint de dag na de operatie met het druppelschema.

Druppelschema na een DSAEK of DMEK hoornvliestransplantatie
Druppelschema na een PKP of DALK hoornvliestransplantatie

Bijwerkingen en risico's

Bij elke operatie kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de operatie zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Mogelijke complicaties zijn:

  • infecties
  • bloedingen
  • wondlekkage
  • schade aan de iris
  • schade aan de binnenlaag van het donor hoornvlies
  • oogdrukproblemen
  • loslaten van hechtingen. Dit zorgt voor irritatie en roodheid aan het oog. Losse hechtingen kunnen tot infectie en afstoting leiden. We halen hechtingen daarom het liefst binnen 2 dagen weg.
  • loslaten van het donor hoornvlies We brengen dan een nieuwe luchtbel in. Als dit niet helpt is soms een nieuwe transplantatie nodig.
  • afstoting van het donor hoornvlies. De kans hierop is het grootst in de eerste jaren na de transplantatie. U herkent afstoting aan klachten zoals: wazig zien, roodheid, irritatie of pijn aan het oog. Bel in deze gevallen altijd met uw oogarts.

Wanneer bellen?

Bel ons na de operatie als:

  • u erge pijn heeft en een paracetamol niet helpt
  • u steeds slechter, waziger of voor een deel niet meer goed ziet
  • het oog steeds roder wordt
  • u flink misselijk wordt
  • u enorme hoofdpijn krijgt

Bellen kan van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en 16.30 uur met  (050) 361 25 18. Bel buiten deze dagen en tijden naar het centrale nummer van het UMCG  (050) 361 61 61. Vraag naar de oogarts die dienst heeft.

U kunt ook bellen naar het verpleegkundig spreekuur, van 9.00 tot 10.00 uur en van 13.30 tot 14.30 uur op het telefoonnummer (050) 361 25 03.

Leefregels

Na een hoornvliestransplantatie moet u de eerste maand na de operatie met een paar dingen rekening houden:

  • draag geen contactlenzen, een bril kan wel
  • bescherm ’s nachts het oog door het af te plakken met de harde dop
  • bescherm overdag het oog door het dragen van een bril
  • wrijf niet in het oog
  • u mag niet bukken of tillen
  • ga niet zwemmen, sporten of naar de sauna
  • draag geen make-up
  • u kunt beter niet autorijden en fietsen, overleg met uw oogarts wanneer dit weer kan
  • u kunt wel tv kijken, lezen of op de computer werken
  • douchen en haren wassen kan. Voorkom dat er water in het oog komt.

Afstoting en infecties

Na de operatie is het heel belangrijk om afstoting en infectie van het hoornvlies te voorkomen. Daarom gebruikt u na de transplantatie in elk geval 2 jaar ontstekingsremmende oogdruppels tegen afstoting.

Ook krijgt u minimaal 2 maanden oogdruppels met antibiotica. Probeer het gebruik van de voorgeschreven oogdruppels goed bij te houden. De kans op problemen is daardoor zo klein mogelijk.

Levensduur donorweefsel

Als de operatie goed gaat en uw lichaam het donorweefsel niet afstoot gaat het hoornvlies transplantaat ongeveer 15 jaar mee. Dit kan per persoon verschillen. Op een gegeven moment raakt een getransplanteerd hoornvlies uitgeput en wordt het weer wazig. Een nieuwe transplantatie is vaak goed mogelijk.

Video bekijken Scannen

Heeft u nog vragen?

U kunt naar polikliniek Oogheelkunde bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur.