FFR/RFR-meting: bloeddrukmeting kransslagaders

Met een FFR-meting kunnen we de bloeddruk in een kransslagader meten. Met deze drukmeting kunnen we zien hoe erg een vernauwing in de kransslagader is. We meten hoe hoog de druk in de kransslagader is vóór en ná de vernauwing.

We doen een FFR/RFR-meting wanneer er een vernauwing is in de kransslagader(s). En als we willen bepalen of een dotterbehandeling een goede behandeling is. FFR is de afkorting voor 'Fractional Flow Reserve'. RFR is de afkorting voor 'Relative Flow Reserve'.

Bij de FFR-meting gebruiken we het medicijn adenosine. Dit medicijn zorgt ervoor dat de vaten wijder worden. Hierdoor kan het bloed er beter doorheen stromen. Bij de RFR-meting gebruiken we geen adenosine.

Na de meting bekijken we wat voor u de beste behandeling is:

Een FFR/RFR-meting is een dagbehandeling. Dit betekent dat u dezelfde dag weer naar huis gaat.

Het onderzoek stap voor stap

  1. Vaak heeft u voor dit onderzoek een hartkatheterisatie gehad. De cardioloog heeft toen met u besloten om u te verwijzen naar ons voor een FFR/RFR- meting. En u daarna misschien een dotterbehandeling te geven.

    U krijgt een afspraakbrief en informatie van ons. Daarin staat hoe u zich op het onderzoek voorbereidt. Bijvoorbeeld wat u wel en niet mag eten en drinken tot 12 uur voor het onderzoek.

    Contactlenzen, sieraden en piercings moeten uit of af voor de behandeling. Laat de sieraden thuis. Heeft u uw nagels gelakt? Of heeft u kunstnagels? Haal dit weg voor u naar het ziekenhuis komt. Tijdens de ingreep krijgt u een soort knijpertje op uw vinger. Daarmee kunnen we steeds het zuurstofgehalte in uw bloed meten. Dat lukt niet goed als er iets op de nagels zit.

  2. U gaat voor het onderzoek naar de dagbehandeling afdeling Cardiologie.

  3. Op de afdeling krijgt u meer uitleg over het onderzoek en behandeling. Ook vertellen we u hoe laat het onderzoek is. Op de afdeling krijgt u verdere uitleg over het onderzoek en eventuele behandeling. Ook vertellen we u hoe laat het onderzoek gaat plaatsvinden.

    Voor het onderzoek krijgt u een infuus op de arm of op de rug van de hand. U krijgt medicijnen om te voorkomen dat er bloedklontjes ontstaan op of in de katheter. De cardioloog bekijkt of we de FFR/RFR- meting via de lies of de pols doen. Daarna brengen we u naar de katheterisatiekamer, een soort operatiekamer.

    Eerst verdoven we de huid op de plek waar de katheter in de slagader gaat. Een katheter is een dun, soepel slangetje, buisje of draadje. De cardioloog brengt de katheter naar de kransslagaders van het hart. Aan de katheter zit een instrumentje die de doorbloeding in 1 van uw kransslagader(s) precies kan meten. De cardioloog meet hoe het bloed stroomt voor en na de vernauwing.

    Bij een FFR-meting spuit de cardioloog de adenosine in via de katheter tijdens de meting. Het medicijn kan er voor zorgen dat uw hart sneller gaat kloppen. Of dat u bijvoorbeeld een onrustig gevoel krijgt of druk of pijn op de borst voelt. Deze klachten stoppen snel wanneer we stoppen met het geven van het medicijn voor de FFR-meting.

    De FFR/RFR-meting duurt ongeveer 30 minuten tot 1 uur.

    Als dotteren voor u de beste behandeling is, dan doen we die meestal meteen na het onderzoek. Een dotterbehandeling duurt ongeveer 1 uur.

  4. Na de behandeling gaat u terug naar de verpleegafdeling. Als u de behandeling via de lies heeft gehad, is de prikplek dichtgemaakt met een eiwitplugje en een pleister. Het eiwitplugje lost vanzelf binnen 90 dagen op. Hierna blijft u 2 uur rustig op bed liggen.

    U heeft een drukverband als het niet mogelijk is de prikplek dicht te maken met een eiwitplug. Het drukverband blijft 6 uur zitten. Hierna blijft u 6 uur rustig op bed liggen.

    Als de katheter via de pols is ingebracht, heeft u een bandje met een luchtkussentje op de pols die de prikplek dichtdrukt. Dit bandje laten we in 2 tot 3 uur leeglopen. U krijgt een drukverbandje om de pols als u naar huis gaat. U hoeft niet op bed te blijven na de behandeling via de pols.

    Meestal gaat u op de dag van het onderzoek weer naar huis. Soms besluiten we dat u een nachtje moet blijven. Dat hangt er vanaf hoe de behandeling is gegaan en hoe het met u gaat.

    Als u na het onderzoek in het ziekenhuis nieuwe medicijnen nodig heeft, dan krijgt u een recept van ons mee. Deze kunt u ophalen bij de apotheek.

  5. Na 2 weken heeft u weer een afspraak op de polikliniek van uw eigen ziekenhuis. Bent u als patiënt onder behandeling in het UMCG, dan krijgt u een afspraak via de telefoon.

Bijwerkingen en risico's

Bij elke behandeling kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de behandeling zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Voorbeelden van complicaties zijn:

  • bloeduitstortingen op de plek waar we u prikken
  • hartritmestoornis tijdens het onderzoek
  • een lichamelijke (allergische) reactie op de contrastvloeistof of medicijnen
  • herseninfarct, TIA
  • pijn door beschadigingen aan de binnenkant van een slagader
  • hartinfarct

Wat te doen bij klachten

U krijgt als u naar huis gaat informatie van ons over wat u moet doen als u klachten krijgt. Bijvoorbeeld klachten zoals:

  • een steeds groter wordende zwelling in de lies of pols (afhankelijk waar u bent geprikt) die steeds groter wordt
  • een bloedende wond waar u bent geprikt
  • pijnklachten van de lies of de pols
  • een duidelijk warm of koud aanvoelende lies, been of voet. Of hand of pols, afhankelijk van waar u bent geprikt.
  • verkleuring van uw been of voet. Of pols of hand
  • benauwdheid
  • jeuk die niet overgaat
  • rode bultjes op de huid

Samenwerken voor de beste zorg

De ziekenhuizen, cardiologen en huisartsen in Groningen en Drenthe werken samen binnen HartNet. Zo krijgt u altijd de juiste zorg op de juiste plek.

De samenwerkende ziekenhuizen binnen HartNet zijn: Martini Ziekenhuis, Ommelander ziekenhuis Groningen, Treant, Wilhelmina Ziekenhuis Assen en Universitair Medisch Centrum Groningen.

Tips voor thuis

Als u weer thuis bent, moet u met een aantal dingen rekening houden.

Bij behandeling via de liesslagader

  • Heeft u een eiwitplug? Dan mag u de eerste 4 dagen geen druk op de lies zetten, niet persen, niet zwaarder dan 5 kilo tillen en niet fietsen. Als u geen plug heeft, mag u dat een week niet doen.
  • U mag na 24 uur weer zelf autorijden als u een eiwitplug heeft gekregen. Als u een drukverband zonder eiwitplug heeft gekregen, mag u pas na een week weer autorijden.
  • De dag na de behandeling mag u weer douchen. Na 3 tot 4 dagen mag u weer in bad.

De dag na de behandeling mag u de pleister weghalen en er een zo nodig een nieuwe opplakken. Schoonmaken van de huid mag met water en zeep.

Via de polsslagader

  • De dag na de behandeling mag u weer douchen. Na 3 tot 4 dagen mag u weer in bad.
  • U mag 3 dagen niet autorijden, steunen op uw pols, handen schudden, computeren of huishoudelijk werk doen.
  • U moet nog 3-4 dagen wachten met sporten en zwaar lichamelijk werk waarbij u uw pols gebruikt.

Heeft u nog vragen?

U kunt het Hartcentrum bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur.