Uveïtis: ontsteking aan de binnenkant van het oog

Een uveïtis kan tijdelijk zijn, maar het komt ook voor dat het niet meer overgaat. Er zijn verschillende soorten uveïtis: 

• uveïtis anterior: een ontsteking aan de voorkant van het oog. Deze vorm komt het meest voor. Ongeveer 80-90% van de uveïtis patiënten, heeft een ontsteking aan de voorkant van het oog.
• uveïtis intermedia: een ontsteking in het midden van het oog. Deze vorm van uveïtis komt vooral voor bij mensen tussen de 20 en 40 jaar.
• uveïtis posterior: een ontsteking aan de achterkant van het oog. Deze vorm komt bij ongeveer 10% van de mensen met uveïtis voor.
• panuveïtis: een ontsteking van het hele oog.

Door uveïtis of de behandeling van uveïtis komen andere oogproblemen vaker voor. Dit zijn oogproblemen zoals:  

• staar 
• glaucoom
• schade aan het netvlies  
• problemen met het hoornvlies  

Klachten en symptomen

Uveïtis kan opeens ontstaan in 1 oog, afwisselen tussen de ogen of in beide ogen voorkomen. Klachten die voorkomen bij uveïtis zijn:  

• wazig zien  
• zien van zwarte vlekjes  
• zien van slierten  
• niet tegen fel licht kunnen  
• een pijnlijk en rood oog  

Uveïtis kan per persoon verschillen. Het kan 1 keer, maar ook vaker voorkomen. Ook wisselt de heftigheid van de ontsteking. Een rustige periode kan ineens worden afgewisseld met een periode waarin de ontsteking erger is. 

Oorzaak uveïtis

De oorzaak van uveïtis is vaak niet duidelijk. Het kan komen door een infectie van een schimmel, bacterie, virus of parasiet. Soms is het onderdeel van een andere ziekte. Bijvoorbeeld een reumatische aandoening, zoals een auto-immuunziekte. Daarom kan de oogarts u verwijzen naar een andere specialist voor verder onderzoek.  

Mogelijke onderzoeken

Vaak zijn meerdere onderzoeken nodig om te zeggen wat de oorzaak van uveïtis is. Welke onderzoeken u krijgt, hangt af van uw situatie. Dat kunnen 1 of meer van deze onderzoeken zijn: 

• spleetlamp onderzoek
• angiografie
• OCT-scan 
• bloedonderzoek
• urineonderzoek
• punctie: met een injectienaald halen we een beetje oogvocht uit uw oog. We onderzoeken het oogvocht op een ontsteking. 

We verwijzen kinderen altijd door naar de kinderarts voor verder onderzoek. 

Voor sommige onderzoeken krijgt u eerst oogdruppels. Na het druppelen moet u 20 minuten wachten. De druppels maken uw pupil wijder. Dit blijft ongeveer 4 uur zo. U mag daarom niet zelf autorijden na het onderzoek. Vraag van tevoren iemand die u naar huis kan brengen. Ook kunt last hebben van fel (zon) licht. Een zonnebril kan helpen. 

Mogelijke behandelingen bij uveïtis

De behandeling bestaat meestal uit ontstekingsremmende medicijnen. Er zijn verschillende vormen van dit medicijn: oogdruppels, injecties, tabletten of via een infuus. Welk medicijn u krijgt, hangt af van de plek van de ontsteking.

De behandeling is vooral bedoeld om de ontsteking te verhelpen. En voorkomen dat er schade aan het netvlies ontstaat, die niet meer over gaat.

Uveïtis en jeugdreuma

De kans op uveïtis is groter bij kinderen met jeugdreuma. Soms merken k​​​​​inderen die  jeugdreuma hebben niet dat ze uveïtis hebben. Maar de oogontsteking kan wel schadelijk zijn. Daarom is het belangrijk dat kinderen met jeugdreuma regelmatig worden getest op uveïtis door een oogarts.