Tracheotomie

Een tracheotomie is een operatie waarbij we een snee in de hals maken, in de voorwand van de luchtpijp. Via die opening krijgt u een buisje in uw keel, een canule. Zo kunt u ademen.

We doen een tracheotomie als iemand moeite heeft met ademen. Dat kan komen door bijvoorbeeld een allergische reactie, een tumor of een behandeling zoals radiotherapie. Iemand krijgt ook wel een tracheotomie om de longen te beschermen als iemand zich steeds verslikt.

Ook doen we vaak een tracheotomie na een operatie in de mond- en keelholte. Na zo'n operatie is uw mond of keel vaak gezwollen, waardoor u niet goed kunt slikken en ademen. Een tracheotomie voorkomt dan dat u het benauwd krijgt of zich verslikt. 

Een tracheostoma

De opening in de hals heet een tracheostoma. Een tracheostoma kan tijdelijk zijn, bijvoorbeeld als de luchtpijp erg gezwollen is na een operatie. Maar soms houdt iemand de tracheostoma voor de rest van zijn leven. Bijvoorbeeld na een laryngectomie.

De behandeling stap voor stap

  1. U krijgt een afspraakbrief en informatie van ons. Hierin staat hoe u zich voorbereidt. Meestal is de tracheotomie een onderdeel van een grotere operatie of doen we de operatie met spoed.

  2. Voor deze operatie gaat u meestal onder narcose, zodat u er niets van merkt. Als u een hele nauwe luchtweg heeft, is narcose niet mogelijk. Dit komt heel soms voor. We verdoven de hals dan zo goed, dat u geen pijn heeft tijdens de operatie. 

    We maken een snee van een paar centimeter in het midden van uw hals, vlak boven het borstbeen. Daarna maken we een opening in de voorwand van uw luchtpijp. In deze opening plaatsen we de canule. 

    Canule

    Een canule is een buisje dat meestal uit 2 delen bestaat: een binnen- en een buitencanule. Via deze canule kan de lucht uit de luchtpijp naar buiten. Er kan een soort ballonnetje om de canule heen zitten, een cuff. Dit voorkomt dat er bloed of wondvocht in uw longen komt.

  3. Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. We controleren uw bloeddruk, hartslag en temperatuur. Ook krijgt u medicijnen tegen de pijn. Als u goed wakker bent, brengen we u naar de verpleegafdeling. U kunt voorzichtig beginnen met drinken en eten als u niet misselijk bent.

    Na de operatie moet de canule een poosje blijven zitten. In elk geval tot u weer goed kunt ademen en slikken. Als u weer goed kunt ademen en slikken, halen we de canule weg en plakken we de opening in uw hals af. De opening groeit dan meestal vanzelf weer dicht. Als dit niet gebeurt krijgt u een kleine operatie om de opening te hechten. 

    Nog niet praten

    De eerste dagen na de operatie kunt u niet praten, omdat lucht alleen via de canule en niet via de mond weg kan. U kunt de dingen die u wilt zeggen of vragen opschrijven voordat u bezoek krijgt. Ook kunt u dingen duidelijk maken via oogcontact, met gebaren of via een laptop. Slikken gaat soms moeilijker met een canule, maar u kunt eten en drinken.

    Na 2-4 dagen kunt u een andere canule zonder cuff krijgen, waarmee u kunt praten. Uw arts beoordeelt of dit kan zonder dat uw ademhaling en slikken in gevaar komen. Als u slikproblemen heeft, houdt u de canule met cuff langer.

    Ademen via een canule

    De lucht die u inademt via de canule wordt niet meer voorverwarmd, schoongemaakt en bevochtigd door uw neus. Door te 'druppelen' met een zoutoplossing en een filter te dragen gaat het ademen makkelijker. Na een paar dagen bent u hieraan gewend.

    Canule verzorgen

    U kunt naar huis als u de canule zelf kunt verzorgen. Deze moet goed schoon blijven. Hoe u dat doet, leert u van de verpleegkundige. Alle informatie hierover krijgt u ook mee naar huis. En u krijgt hulp via thuiszorg. We bespreken ook of er iemand in uw omgeving is die u kan helpen. Dit kan bijvoorbeeld uw partner, een familielid of een wijkverpleegkundige zijn.

  4. U krijgt een afspraakbrief mee voor de controle en het wisselen van de canule. Meestal is de eerste controle 3 weken na de operatie.

Wachttijden

Bekijk de wachttijden.

Complicaties

Een tracheotomie kan net als alle operaties, soms problemen geven. Dit noemen we complicaties. U kunt bijvoorbeeld een (na)bloeding of een infectie krijgen. Andere mogelijke complicatie zijn slikproblemen en moeite met praten.

Heeft u nog vragen?

U kunt polikliniek Keel-, Neus- en Oorheelkunde (KNO) bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 tot 16.30 uur.