Behandeling bij een vinger uit de kom

Een vinger kan uit de kom schieten als er veel kracht op de top van de vinger komt. Er kan dan schade aan het gewricht of aan de banden rond het gewricht van de vinger ontstaan.

Hoe ontstaat een vinger uit de kom?

Een vinger kan uit de kom schieten als er veel kracht op de top van de vinger komt. Bijvoorbeeld door een bal. De vinger kan ook uit de kom schieten als de top van de vinger draait, maar de rest van de hand niet. Dit gebeurt bijvoorbeeld als uw vinger klem zit.

Soms moet een vinger teruggezet worden, dit gebeurt op de spoedeisende hulp. Maar vaak gaat dit ook vanzelf. Als een vinger uit de kom is, kan de volaire plaat scheuren. Dit is dik bindweefsel in de hand dat zorgt voor de stevigheid van de vinger. Ook kan er schade aan de banden rond het gewricht ontstaan.

Eerste gesprek

U heeft voor een afspraak altijd een verwijzing naar het Hand- en Polscentrum nodig van uw huisarts of medisch specialist. Tijdens het eerste gesprek vragen we naar uw klachten. En onderzoeken we uw vinger. Soms maken we ook een röntgenfoto of een echo. We bespreken de mogelijke behandelingen, de nabehandeling en de problemen die na de behandeling kunnen ontstaan.

Behandeling

Er zijn 2 mogelijke behandelingen bij een vinger uit de kom: een spalk of een operatie. De spalk zorgt ervoor dat het gewricht niet te ver kan strekken. Als dit niet werkt, kijken we of een operatie mogelijk is.

De behandeling stap voor stap

  1. U krijgt een afspraakbrief met informatie van ons. Daarin staat hoe u zich op de behandeling voorbereidt.

  2. U gaat voor de operatie meestal naar het Operatief Dagbehandeling Centrum (ODBC).

  3. U krijgt eerst uitleg over de behandeling. Daarna gaat u naar de operatiekamer.

    Tijdens de operatie verdoven we uw hele arm. U krijgt daarvoor prik met een verdovende vloeistof in uw hals of oksel. Uw arm voelt daarna warm en zwaar aan. Het gevoel in uw arm verdwijnt, en kunt u uw arm niet meer bewegen. Veel patiënten zeggen dat dit voelt alsof de arm rechtop staat of op de buik ligt.

    U krijgt daarna een band om uw bovenarm. Die pompen we op. Dit lijkt op een bloeddrukmeting. De band zorgt ervoor dat het bloed niet meer door de arm kan stromen en de bloedvaten leeg blijven. De arts haalt de band meteen na de operatie weer weg.

    De chirurg maakt een snee van ongeveer 2 cm in de vinger. We herstellen de banden. Of zetten de volaire plaat weer op zijn plek. Daarna hechten we de wond.

    De operatie duurt ongeveer 30 tot 90 minuten.

  4. Na de operatie gaat u naar de uitslaapkamer. U heeft een stevig verband om de hand. Uw arm ligt op een kussen dat wat ligt hoger dan de rest van uw lichaam. Zo wordt uw hand niet dik.

    U hoort van de arts wanneer u van de uitslaapkamer af mag. Dit hangt af van hoe goed u zich voelt. Meestal kunt u dezelfde dag weer naar huis.

    U heeft een verband om uw hand. Dit mag niet nat worden. Douche daarom met een plastic zak om uw hand. U mag 2 dagen na de operatie het verband weghalen. Daarna plakt u een kleine waterafstotende pleister op de wond. Hiermee mag u gewoon douchen. Zwemmen is niet verstandig, zwemwater is meestal niet schoon genoeg.

  5. Een week na de operatie heeft u een afspraak voor controle bij Plastische chirurgie. Deze afspraak krijgt u direct na de operatie mee. Tijdens dit bezoek controleert de plastisch chirurg de wond en hoe goed de vinger werkt. We halen dan ook de hechtingen weg.

  6. 3 tot 5 dagen na de operatie heeft u een afspraak bij de revalidatiearts of verpleegkundig specialist en een handtherapeut. De handtherapeut maakt een spalk die om uw vinger past. Het maken van de spalk duurt ongeveer 1 uur.

    U moet de spalk 24 uur per dag dragen. De spalk mag niet nat worden. Draag daarom tijdens het douchen een plastic zak om de spalk.

    U krijgt elke week handtherapie. Hiervoor gaat u naar de polikliniek Vorm en Beweging of een handtherapeut bij u in de buurt. Dit bespreken we van tevoren met u. U krijgt ook oefeningen mee voor thuis. Het is belangrijk dat u die oefeningen doet. Ongeveer 3 tot 6 maanden na de operatie kunt u uw vinger weer normaal gebruiken. U heeft dan meestal geen handtherapie meer nodig. Het duurt een jaar voordat uw vinger weer helemaal hersteld is.

  • Bij elke operatie kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de operatie zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Bij deze operatie zijn dat:

    • gezwollen hand of pols. Dit komt vaak voor, maar gaat na een tijdje vanzelf weg.
    • nabloeding of infectie. Dit komt bijna nooit voor.
    • beschadiging van de zenuwen in de huid. Hierdoor kan een klein stukje van uw huid gevoelloos worden. Dit gebeurt bijna nooit. Als het wel gebeurt, gaat het vanzelf weer over.
    • stijve gewrichten. Soms zijn de gewrichten stijf na de operatie. Meestal gaat dit over door het gebruik van een spalk. En de oefeningen die u krijgt.

    Wanneer bellen

    Bel ons als:

    • u koorts krijgt (hoger dan 38,5 graden)
    • u erge pijn heeft aan uw hand
    • er etter uit de wond komt

    Bellen kan op werkdagen van 8.00 tot 16.30 uur op het telefoonnummer (050) 361 14 84. Bel op andere dagen of tijden het algemene nummer (050) 361 61 6. Vraag naar de plastisch chirurg die dienst heeft.

Wachttijden

Bekijk de wachttijden

Bijwerkingen en risico's

Bij elke operatie kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de operatie zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Bij deze operatie zijn dat:

  • gezwollen hand of pols. Dit komt vaak voor, maar gaat na een tijdje vanzelf weg.
  • nabloeding of infectie. Dit komt bijna nooit voor.
  • beschadiging van de zenuwen in de huid. Hierdoor kan een klein stukje van uw huid gevoelloos worden. Dit gebeurt bijna nooit. Als het wel gebeurt, gaat het vanzelf weer over.
  • stijve gewrichten. Soms zijn de gewrichten stijf na de operatie. Meestal gaat dit over door het gebruik van een spalk. En de oefeningen die u krijgt.

Wanneer bellen

Bel ons als:

  • u koorts krijgt (hoger dan 38,5 graden)
  • u erge pijn heeft aan uw hand
  • er etter uit de wond komt

Bellen kan op werkdagen van 8.00 tot 16.30 uur op het telefoonnummer (050) 361 14 84. Bel op andere dagen of tijden het algemene nummer (050) 361 61 6. Vraag naar de plastisch chirurg die dienst heeft.

Heeft u nog vragen?

U kunt polikliniek Vorm en Beweging bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur. U kunt ook een e-mail sturen.

Heeft deze informatie je geholpen?