Als het vocht in uw oog niet goed weg kan, kunt u last krijgen van een te hoge oogdruk. Een mogelijke operatie is dan een trabeculectomie. Daarmee zorgen we ervoor dat de afvoer van vocht weer werkt.
Elk oog maakt vocht aan en voert dat ook weer af. Soms gaat het afvoeren van vocht niet goed. Hierdoor kan een te hoge oogdruk ontstaan. Als deze druk te hoog wordt, beschadigd de oogzenuw. Hierdoor gaat u minder goed zien. Een beschadiging aan de oogzenuw heet ook wel een glaucoom. De schade van glaucoom is blijvend.
We doen deze behandeling bij een te hoge oogdruk. Het is 1 van de mogelijke behandelingen om de oogdruk lager te maken.
U gaat niet beter zien van deze behandeling: wat al weg is, komt niet meer terug. Het doel is om de oogdruk te verlagen. Hiermee voorkomen dat u slechter gaat zien. We kunnen met deze behandeling er ook voor zorgen dat u minder snel slechter gaat zien.
U krijgt ook een afspraakbrief met daarin de datum van de operatie en een datum voor een telefonische afspraak. Deze krijgt u 1 a 2 werkdagen vóór de operatie. Tijdens deze afspraak hoort u ook hoe laat we u op de dag van de operatie verwachten.
U heeft voor de operatie een gesprek met de verpleegkundige. U krijgt daarvoor een afspraakbrief. Daarin staat of we u voor de afspraak bellen, of dat u naar de polikliniek komt. In dit gesprek krijgt u vragen over uw gezondheid en uitleg over de operatie. Heeft u nog vragen, dan kunt u die op dat moment stellen.
Voor deze operatie krijgt u een plaatselijke verdoving in het oog. Soms gaat u voor de operatie onder narcose. Dit hebben wij vooraf met u besproken. Als u onder narcose gaat, heeft u voor de operatie een afspraak met de anesthesioloog over de verdoving. Hiervoor gaat u naar de Pre-Operatieve Polikliniek Anesthesiologie (POPA).
U mag geen make-up, gezichtscrème, nagellak en sieraden dragen op de dag van de operatie. Als u een gehoorapparaat heeft kunt u die het beste vlak voor de operatie uit uw oor halen.
U gaat voor de operatie naar het Operatief Dagbehandelingscentrum ODBC of Triade. In de brief staat waar u moet zijn.
Kunt u niet komen? Bel ons dan zo snel mogelijk. Het telefoonnummer staat hieronder en in de brief.
We vertellen u eerst nog een keer wat we gaan doen. Daarna verdoven wij uw oog met druppels of een prik. Soms moet u onder narcose. Dit hebben wij vooraf met u besproken.
U gaat in een speciale operatiestoel liggen, die lijkt op een tandartsstoel. We verdoven uw oog met oogdruppels en dekken de huid rondom uw oog af. Als uw oog verdoofd is, krijgt u een spreider tussen de oogleden. Zo kunt u niet met de ogen knipperen tijdens de behandeling.
De oogarts maakt een kleine opening aan de bovenkant van de oogbol. Dit heet ook wel een luikje. Dit luikje maken wij onder het slijmvlies. Door het luikje vormt zich een soort blaasje onder het slijmvlies. Dit blaasje heet ook wel een 'bleb'. Vanuit de bleb zal het oogvocht in het bloed worden opgenomen. De bleb blijft zitten, maar dit is niet te zien. Uw ooglid bedekt dit namelijk.
We maken het luikje dicht met een kleine hechting.
Na de operatie kunt u in de nazorgruimte nog even bijkomen. Als u onder narcose geopereerd bent gaat u na de operatie eerst naar de uitslaapkamer. Als u goed wakker bent gaat u naar de nazorgruimte. Als het goed met u gaat, kunt u weer naar huis.
U krijgt oogdruppels mee naar huis. Ook geven wij u uitleg over de leefregels na de operatie.
Op het geopereerde oog heeft u een gaasje en een harde dop. Dit laat u zitten tot de volgende ochtend, dan haalt u het er af. Het gaasje gooit u weg, de harde dop bewaart u. De harde dop doet u ’s nachts weer op. Zo beschermt u uw oog.
U mag in het geopereerde oog geen oogdruk verlagende druppels meer gebruiken. Oogdruk verlagende tabletten moet u ook mee stoppen. Als u oogdruk verlagende oogdruppels gebruikt voor het niet geopereerde oog, moet u deze gewoon door blijven gebruiken.
Een dag na de operatie komt u bij ons op de polikliniek terug voor een controle. De weken daarna komt u regelmatig bij ons op de polikliniek terug voor controle.
U krijgt oogdruppels en een druppelschema mee naar huis. Om goed en snel te genezen is het belangrijk dat u dit schema volgt. Houd er rekening mee dat u voor een langere periode, meerdere keren per dag moet druppelen. Lukt het niet om zelf te druppelen? Vraag dan van tevoren iemand om u hierbij te helpen. Bijvoorbeeld een familielid of de thuiszorg. U begint de dag na de operatie met het druppelschema.
Klachten die vaak voorkomen zijn:
Bij elke operatie kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de operatie zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Mogelijke complicaties zijn:
Bel ons na de operatie als:
Bellen kan van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en 16.30 uur met (050) 361 25 18. Bel buiten deze dagen en tijden naar het centrale nummer van het UMCG (050) 361 61 61. Vraag naar de oogarts die dienst heeft.
U kunt ook bellen naar het verpleegkundig spreekuur, van 9.00 tot 10.00 uur en van 13.30 tot 14.30 uur op het telefoonnummer (050) 361 25 03.
Klachten die vaak voorkomen zijn:
Bij elke operatie kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de operatie zelf goed is gegaan. Deze problemen noemen we complicaties. Mogelijke complicaties zijn:
Bel ons na de operatie als:
Bellen kan van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en 16.30 uur met (050) 361 25 18. Bel buiten deze dagen en tijden naar het centrale nummer van het UMCG (050) 361 61 61. Vraag naar de oogarts die dienst heeft.
U kunt ook bellen naar het verpleegkundig spreekuur, van 9.00 tot 10.00 uur en van 13.30 tot 14.30 uur op het telefoonnummer (050) 361 25 03.
Na deze behandeling moet u de eerste week met een paar dingen rekening houden:
U kunt polikliniek Oogheelkunde bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur.