Een Veni-beurs bedraagt maximaal 250.000 euro en is een persoonsgebonden financieringsvorm van NWO om wetenschappelijk talent te stimuleren. Veni's zijn maximaal drie jaar geleden gepromoveerd, waarbij clinici ook al langer geleden gepromoveerd mogen zijn. Ze zijn vrij om hun onderzoeksonderwerp te kiezen.
Tjakko van Ham krijgt zijn Veni-beurs voor zijn onderzoek naar de rol van het immuunsysteem bij het verlies van zenuwcellen, zoals gebeurt bij de neurodegeneratieve ziekte Alzheimer. Immuuncellen beschermen ons tegen onszelf en indringers, maar lijken soms juist schadelijk te zijn bij hersenziekten zoals Alzheimer. Met microscopie in levende zebravishersenen wil hij ontrafelen wanneer het afweersysteem ons juist helpt en hoe negatieve effecten zijn te voorkomen. Zebravissen worden steeds vaker gebruikt voor onderzoek naar voor ziekten.
Naast de Veni-beurs ontvangt hij ook een Marie Curie Career Integration Grant van €100.000,-. Deze Europese subsidie maakt het mogelijk voor onderzoekers om na terugkeer uit het buitenland een individueel project voor vier jaar op te zetten. Van Ham wordt hiermee in staat gesteld om zijn eigen onderzoekslijn op te zetten.
Michiel Rienstra doet onderzoek naar boezemfibrilleren, de meest voorkomende vorm van hartritmestoornissen. Een op de vier mensen krijgt boezemfibrilleren. Het is moeilijk te voorspellen wie dit krijgt. Rienstra gaat in zijn onderzoek de genetische en klinische karakteristieken van duizenden PREVEND-deelnemers bestuderen, om nieuwe aanknopingspunten voor preventie van boezemfibrilleren te vinden.
