De lymfeklieren in de onderbuik halen we meestal weg met een kijkoperatie. Als dat niet kan, gebeurt het via een sneetje in uw buik. Deze (kijk)operatie noemen we ook wel een laparoscopische pelviene lymfeklierdissectie of bekkenklierdissectie.
U krijgt deze operatie om te onderzoeken of er uitzaaiingen in de lymfeklieren in de onderbuik zitten. Een laparoscopische pelviene lymfeklierdissectie is een vorm van lymfeklierdissectie.
U krijgt een brief en informatie van ons waarin staat hoe u zich op de operatie voorbereidt. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, is het belangrijk dat u daar voor de operatie mee stopt, bijvoorbeeld.
U heeft voor de operatie een afspraak met de anesthesioloog over de verdoving. Een verpleegkundige vertelt u over de operatie en de voorbereidingen.
Op de avond voor de operatie mag u vanaf 24.00 uur niets meer eten of drinken.
U meldt zich op de dag voor of op de dag van de operatie bij de opnamebalie in de ontvangsthal van het UMCG. Een gastvrouw brengt u daarna naar de verpleegafdeling.
Voor de operatie krijgt u een injectie tegen bloedstolsels. Die kunnen in een ader ontstaan doordat u stilligt tijden en na de operatie. Dit heet trombose. Zo'n injectie krijgt u iedere dag totdat u weer naar huis gaat.
U trekt operatiekleding aan. Contactlenzen, bril, gebitsprothese, sieraden en piercings moeten uit of af. Soms krijgt u vooraf al pijnstillers of rustgevende medicijnen. In de voorbereidingskamer krijgt u een infuus. Daarna gaat u naar de operatiekamer. U krijgt een narcosemiddel via het infuus.
Als u een kijkoperatie krijgt, opereert de arts door 4 gaatjes. Soms lukt de operatie niet met een kijkoperatie en krijgt u een sneetje in uw onderbuik.
Om ruimte te maken en de organen en bloedvaten goed te zien, blazen we lucht in de buik. U krijgt 3 buisjes in de buik. Eén buisje is voor de camera waarmee de arts de binnenkant van uw buik op een beeldscherm kan zien. De andere 2 buisjes zijn voor de operatie-instrumenten. De arts haalt de lymfeklieren in uw onderbuik weg. Als dit niet door de gaatjes lukt, maakt de arts daarvoor alsnog een sneetje in de onderbuik.
De operatie duurt ongeveer 1 uur.
U wordt wakker in de uitslaapkamer. Als u goed wakker bent, gaat u naar de verpleegafdeling. U heeft een infuus in uw hand of arm dat we weghalen als u weer goed kunt eten en drinken. Ook heeft u een slangetje in uw plasbuis waardoor uw urine loopt, zodat u niet zelf hoeft te plassen. Dit heet een katheter. Dit slangetje wordt meestal 1 dag na de operatie weggehaald. Bij misselijkheid of pijn krijgt u medicijnen.
De eerste dag na de operatie helpt de verpleegkundige u even uit bed. Dit is goed voor uw herstel en maakt de kans op trombose en (luchtweg)infecties kleiner. Door regelmatig diep adem te halen verkleint u de kans op luchtweginfecties ook.
U blijft voor deze operatie 2 tot 3 dagen in het ziekenhuis. Na een kijkoperatie herstelt u meestal sneller dan na een 'open' operatie.
We onderzoeken in het laboratorium of er uitzaaiingen in de weggehaalde lymfeklieren zitten. U krijgt de uitslag van dit onderzoek meestal binnen 2 weken na de operatie van de arts.
Bij elke operatie kunnen er achteraf problemen zijn. Ook als de operatie zelf goed is gegaan.
Kort na de ingreep kunt u pijn voelen in uw flanken, schouders en rug door de ingeblazen lucht. Dit is normaal en gaat meestal vanzelf weer over.
Na de operatie kunt u een nabloeding of een wondinfectie krijgen. Ook kunt u last krijgen van lymfevocht in de buik of vochtophoping in een been. Dit komt gelukkig niet vaak voor.
U kunt de polikliniek Urologie bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.00 uur.