Naar hoofdinhoud Naar hoofdnavigatie

Home Ziekte, Onderzoek en Behandeling

Artrose: slijtage kraakbeen in gewrichten van de hand

Bij artrose slijt het kraakbeen in een gewricht. Het kraakbeen is beschadigd of het is voor een deel of helemaal weg. Het komt vaak voor in knie en heup, maar ook in de hand. Dit kan pijn doen. U kunt de hand ook minder goed bewegen.

Bij iedereen slijt het kraakbeen in een gewricht. Het hoort bij het ouder worden, net als rimpels of grijs haar krijgen. Bij artrose slijt het kraakbeen sneller. Normaal zorgt kraakbeen ervoor dat gewrichten soepel over elkaar glijden. Als het kraakbeen slijt, wrijven de botten tegen elkaar aan. Dit doet pijn, vooral tijdens het bewegen van uw hand.

  • Artrose in de hand begint vaak met stijfheid en pijn in uw duim, vingers of pols. Meestal is dit ’s ochtends het ergst. Andere klachten zijn:

    • Pijn in de hand als u veel kracht zet. Of de hand veel gebruikt.
    • Minder kracht in uw hand. U heeft bijvoorbeeld moeite met de kraan dichtdraaien.
    • U kunt niet meer alles doen met uw hand. U kunt bijvoorbeeld uw vingers niet meer helemaal strekken of buigen.
    • Uw vingers gaan er anders uitzien. Er groeit bijvoorbeeld extra bot aan de rand van de gewrichten. Het gewricht wordt daardoor breder.

  • Als iemand ouder wordt, wordt de kwaliteit van het kraakbeen slechter en daardoor dunner. Dit heet ook wel degeneratie. Artrose kan ook ontstaan doordat een gewricht is beschadigd door een ongeluk of door een andere ziekte van de gewrichten, zoals bij reumatoïde artritis. Soms krijgt iemand artrose door een heel lange tijd activiteiten te doen die zwaar zijn voor de gewrichten. Zoals schilder of stratenmaker.

    Artrose in de hand komt vaker voor bij vrouwen en bij mensen die:

    • ouder dan 45 jaar zijn
    • overgewicht hebben
    • artrose hebben in andere gewrichten, bijvoorbeeld in de knie of heup
    • eerder een botbreuk hebben gehad

Klachten en symptomen bij artrose in de hand

Artrose in de hand begint vaak met stijfheid en pijn in uw duim, vingers of pols. Meestal is dit ’s ochtends het ergst. Andere klachten zijn:

  • Pijn in de hand als u veel kracht zet. Of de hand veel gebruikt.
  • Minder kracht in uw hand. U heeft bijvoorbeeld moeite met de kraan dichtdraaien.
  • U kunt niet meer alles doen met uw hand. U kunt bijvoorbeeld uw vingers niet meer helemaal strekken of buigen.
  • Uw vingers gaan er anders uitzien. Er groeit bijvoorbeeld extra bot aan de rand van de gewrichten. Het gewricht wordt daardoor breder.

Oorzaak

Als iemand ouder wordt, wordt de kwaliteit van het kraakbeen slechter en daardoor dunner. Dit heet ook wel degeneratie. Artrose kan ook ontstaan doordat een gewricht is beschadigd door een ongeluk of door een andere ziekte van de gewrichten, zoals bij reumatoïde artritis. Soms krijgt iemand artrose door een heel lange tijd activiteiten te doen die zwaar zijn voor de gewrichten. Zoals schilder of stratenmaker.

Artrose in de hand komt vaker voor bij vrouwen en bij mensen die:

  • ouder dan 45 jaar zijn
  • overgewicht hebben
  • artrose hebben in andere gewrichten, bijvoorbeeld in de knie of heup
  • eerder een botbreuk hebben gehad

Eerste gesprek

U heeft voor een afspraak altijd een verwijzing naar het Hand- en Polscentrum nodig van uw huisarts of medisch specialist. Tijdens het eerste gesprek vragen we naar uw klachten. En doen we een lichamelijk onderzoek aan uw hand. Soms maken we ook een röntgenfoto. We bespreken de mogelijke behandelingen, de nabehandeling en de problemen die na de behandeling kunnen ontstaan.

Behandeling van artrose in de hand

Artrose gaat niet meer over. Wel zijn er behandelingen om uw klachten te verminderen. Mogelijke behandelingen zijn:

  • Pijnstillers, zoals paracetamol of ibuprofen.
  • Een prik (injectie) met een medicijn (cortison) dat de ontsteking remt. Dit zorgt ervoor dat u tijdelijk geen pijn heeft.
  • Handtherapie. Een handtherapeut geeft advies over oefenen en bewegen. Zo maakt u de spieren rond het gewicht sterker. Ook geeft de handtherapeut advies over het gebruik van hulpmiddelen. Zo zijn er handige hulpmiddelen om een activiteit die lastig gaat makkelijker te maken. Bijvoorbeeld de dop van een fles halen. Of de knoop van uw blouse dichtdoen. De handtherapeut kan ook een spalk maken. Door het dragen van de spalk geeft u het gewricht rust.
  • Operatie. Als medicijnen, een prik en handtherapie niet helpen doen we een operatie. Welke operatie voor u het beste is hangt af van in welk gewricht u artrose heeft. Bij artrose in de duim doen we een trapezectomie. Bij artrose in de andere vingers of de pols doen we een artrodese.

Heeft u nog vragen?

U kunt polikliniek Vorm en Beweging bellen van maandag tot en met vrijdag, tussen 8.00 en 16.30 uur. U kunt ook een e-mail sturen.